Martin Lodewijk

Martin Lodewijk

Martin Lodewijk wordt geboren op 30 april 1939 te Rotterdam (Nederland). Het tekenvirus doet hij op als kind, toen hij door ziekte vaak gedwongen is thuis te blijven. Reeds op 16-jarige leeftijd verkoopt hij zijn eerste, overigens nooit gepubliceerde stripverhaal 'Lodewijk Pedaal' (1955) en kort daarop volgen 'Kit Sidney' in 'Uraniumgieren' en 'Captain Kit'. 

Nog voor hij 20 jaar oud is, publiceert Lodewijk de piratensaga 'Arent Brandt' en ziet ook de strip 'Ruimteverhalen', die als voorloper van ‘Storm’ kan worden beschouwd, het levenslicht. In 1966 belandt hij via collega en vriend Jan Kruis bij het stripbblad Pep, die een parodie zoekt op geheim agent 007. En zo verschijnen vanaf 1966, zo'n circa twintig korte en langere episodes, met persiflages, over Hendrik IJzerbroot, alias ‘Agent 327’. Al meteen kennen deze verhalen een ongekend succes. 

Later kiest Martin Lodewijk toch voor het reclamewerk, hoewel hij actief blijft in de stripwereld, als scenarist. Zo creeert hij in 1968 'Johnny Goodbye' een gangsterstrip die de stad Chicago tijdens de roaring twenties als achtergrond hanteert, voor de Italiaanse tekenaar Dino Attanasio. Samen met tekenaar Daan Jippes zet Lodewijk de eenmalige strip ‘Twee voor thee’op, een avontuur waarin Bernard Voorzichtig een zaak van theevervalsing in het Indische Assam onderzoekt. 

In 1975 gaat het de stripbladen Pep en Sjors niet meer voor de wind. Martin Lodewijk, Frits van de Heide en Peter de Smet zetten de schouders onder een gloednieuw stripproject, Eppo genaamd. Lodewijk houdt zich bezig met het aantrekken en begeleiden van nieuwe produkties voor het gloednieuwe stripblad Eppo en tegelijkertijd begint hij vol overgave aan een nieuwe reeks vervolgverhalen van ‘Agent 327’, gekenmerkt door de introductie van een nieuwe vaste tegenspeelster, de rondborstige Olga Lawina. De strip rond ‘Agent 327’ is en blijft zeer populair door de dubbele bodems in het verhaal en de talloze toespelingen op de actualiteit. 

Lodewijk beperkt zijn schrijftalent echter niet tot ‘Agent 327’ alleen. Hij bedenkt ook ondermeer scenario’s voor ‘Edmund Bell’ door René Follet, ‘Storm’ van de hand van Don Lawrence en ‘January Jones’ met Eric Heuvel als tekenaar. Na zich lange tijd uitsluitend nog op reclameopdrachten te hebben toegelegd, komt Lodewijk in 2000 met een nieuwe serie van ‘Agent 327’ als krantenstrip in het Algemeen Dagblad voor de pinnen. In 2005, na de dood van tekenaar Karel Biddeloo, neemt hij samen met tekenaar Claus Scholz de serie ‘De rode ridder’ over. In 2009 publiceert vzw Arcadia ‘Het vreemdelingenlegioen’, een meeslepend en nooit eerder in het Nederlands verschenen avontuur van privé-detective ‘Johnny Goodbye’, voor het eerst in albumvorm. Een jaar later komt daar het album 'De zoon van Al Capone' bij, eveneens in de Arcadia Archief reeks.