Luc Maezelle, bekend onder de naam Mazel, is geboren op 27 juni 1931 te Herentals. In zijn jeugdjaren maakt hij dankzij zijn vader kennis met de boeken van Jules Verne en Alexandre Dumas. In zijn jeugdjaren ontdekt hij tevens de mogelijkheden van het stripverhaal dankzij Blondie en Blinkie en Lucky Luke. Mazel trekt naar het Sint-Lucasinstituut te Brussel om zijn studies voor architect aan te vangen, op aanraden van zijn ouders.
Eenmaal afgestudeerd, gaat hij ook daadwerkelijk aan de slag als architect en bouwt hij de decors voor diverse theaterstukken. Hij zet zijn eerste stappen in het theater, maar voelt al snel aan dat dit niet zijn ware roeping is. De nicht van striptekenaar Sirius ontmoet Mazel in het theater, voor wiens programma hij een aantal schetsen maakt. Zij moedigt hem aan om bij stripuitgeverij Dupuis zijn kans te wagen. Mazel heeft een maand nodig om er zijn eerste plaat te tekenen.
Eind jaren '50 illustreert hij een Oom Wim-verhaal voor Robbedoes en in 1960 trekt Mazel naar Kuifje. Riesling en Pimpelaar, Cromagnon, en vooral Fleurdelys bezorgen Mazel de nodige erkenning. Hij werkt in deze periode ook voor Pilote en af en toe voor Robbedoes . Charles Dupuis stelt hem in 1969 voor om op regelmatige basis voor zijn weekblad te werken. Met scenarist Raoul Cauvin start Mazel de reeks Cara en Calebas. De invloed van Alexandre Dumas is nooit ver weg. Het eerste album verschijnt in 1972 in de Okay-reeks. Cara en Calebas wordt in 1974 omgedoopt tot De Musketiers.
In 1976 schuift Mazel De Musketiers opzij en richt hij zijn aandacht op Ramtamtam en Kierikili. Met Gérald Frydman begint hij in 1981 aan twee avonturen van Jessie Jane. In 1990 schudt Mazel nieuwe albums van De Musketiers uit zijn mouw. Van 1993 tot 2004 hernieuwt hij zijn samenwerking met Cauvin voor de reeks De Paparazzi. De Arcadialezer wrijft zich eind augustus 2008 in de handen: ‘In opdracht van de koning’ verschijnt en zet zo De Musketiers weer volop in de stripschijnwerpers.
Maar daar stopt het niet: de Musketiers vervolgen hun avonturen in 2009 in 'De markiezin van Poppedeine'. In 2011 en 2013 gevolgd door een album in de reeks 'Vergeten Jungle' en 'Jessie Jane'.